Na de voorstelling

Nagesprek
De reflectievragen zijn in vier categorieën ingedeeld. Deze categorieën kun je gebruiken om een lijn in het nagesprek te brengen, maar dat hoeft natuurlijk niet.

1. Persoonlijke ervaring – de beleving van de kinderen

• Wat vond je mooi? Wat vond je spannend? Waar moest je om lachen? Wat vond je niet leuk?

2. De voorstelling – Wat heb je gezien en gehoord?

• Wat heb je gezien? (denk aan: decor/kostuum/attributen/licht)
  Hoe hebben de vormgevers en de decorbouwers ons meegenomen naar verschillende werelden en in de fantasie van het verhaal?
  Hoe werdt licht gebruikt? Hoe waren de poppen gemaakt?
• Wat heb je gehoord? (denk aan: geluid/muziek)
  Denk ook aan de extra opdracht die ze vooraf hebben gekregen. In de voorstelling heeft elk personage en elke wereld hun eigen geluid/muziek. Hebben de kinderen dit gehoord?

3. De makers – Onderwerp en betekenis

• Waar ging de voorstelling over? (let op, er bestaat geen goed/fout antwoord, dit is voor iedereen anders.)
• Heeft de voorstelling je aan het denken gezet? Ben je door het zien van de voorstelling ergens anders over gaan denken?

4. De wereld – De voorstelling in de context van onze tijd

• Gaat de voorstelling in op iets wat er nu gebeurt of gebeurd is in de wereld om je heen?

Hier zie je vier scène-beelden van de voorstelling. Weten de kinderen nog wat er in die scènes gebeurde?

Vraag: Welke poppen heb jij allemaal gezien in de voorstelling?

Wist je dat de makers soms op ideeen komen door te kijken naar hele gewone dingen om hen heen? Zoals de hals van Jicha de muilezel bijvoorbeeld die waren van poetsdoekjes gemaakt.

Zet je vormgeversbril op en probeer eens op een andere manier naar de spullen in de klas te kijken. Dan kom je vast net als de vormgevers van Het Filiaal op de creatiefste vondsten

Geef een voorbeeld met een nietmachine. Speel ermee alsof het een beest is die zijn bek open en dicht doet of een super moderne telefoon of tandenborstel.

Verdeeel de klas in kleine groepjes.
Geef elk groepje een object uit de klas en laat ze samen zoveel mogelijk nieuwe toepassingen bedenken met het object.
Eén leerling schrijft alle ideeën op.

Na 5 minuten vraag je elk groepje om een paar toepassingen staand voor de klas voor te doen. Bespreek de leukste vondsten.

Voer een klassengesprek over het verband tussen angst en moed. Welke signalen geeft je lichaam als je je angstig voelt, kalm of moedig? Wanneer was jij voor het laatst heldhaftig?

Wanneer is iemand heldhaftig? Is voor je mening uitkomen al heldhaftig? Is zeggen dat je iets niet wilt heldhaftig? Is trouw zijn aan jezelf en wat jij wilt heldhaftig?

• Wanneer waren kinderen zelf heldhaftig?
• Wanneer overwonnen de kinderen iets?
• Wanneer vonden ze iets spannend om te doen?
  Hebben ze het toen wel gedaan? Waarom wel of waarom niet?
• Wie uit de klas vind Basje heldhaftig? Waarom wel of waarom niet?
• In de voorstelling kreeg Basje een Amulet van de Kleine Keizerin? Wat deed dat met haar?

Doel

Kunstzinnige Orientatie - Beeldende Vorming

• Kennismaken met beeldaspecten
• Maken van beeldend werk: vormgeven van eigen ideeen en experimenten in beeldende werkstukken.
• Reflecteren op beeldend werk van zichzelf en de ander.

Benodigdheden

• Digibord
• Papier
• Magazines/kranten
• (soft pastel) krijt, stiften, pennen
• Slangen passe-partout uitgeprint per leerling (te downloaden op PDF)
• Touw

Bedenk wat je het allerliefste zou willen en maak je eigen amulet. Dit amulet kan je een speciale superkracht geven, je ergens naartoe brengen of hulp bieden bij een probleem...

Stap 1
Maak een mind-map op een A4 papier en schrijf in het midden 'ik'. Bedenk tegen welke gevaren jouw amulet je beschermt of welke bijzondere kracht of eigenschap je graag zou willen hebben. Schrijf dat wat je t liefste diep van binnen wilt op in de mindmap, dus al jouw wensen, dromen, en doelen

Stap 2
Kies 1 of 2 woorden uit je mind-map

Stap 3
Bedenk nog meer woorden/zinnen, symbolen, kleuren en materialen die passen bij jouw persoonlijke amulet

Stap 4
Knip het bovenstaande passe-partout van de slangen uit (te vinden als download als PDF bij de docentenhandleiding). Knip deze zowel langs de buitenrand als de binnenrand van de slangen uit. Leg het uitgeknipte passe-partout op een A4-papier en teken de binnen -en buitenrand over.

Stap 5
Nu ga je aan de slag met een collage maken, dus eigenlijk maak je van verschillende losse 'dingen' een nieuw geheel. Verzamel eerst de verschillende dingen die je in je collage wilt gebruiken en leg ze neer op je A4-papier voordat je gaat lijmen en zorg dat de collage binnen het passe-partout blijft. Als je tevreden bent over je collage lijm je de verschillende onderdelen van je collage vast.

Stap 6
Leg nu het passe-partout van de slangen als een schilderijenlijstje op je plakwerk en lijm het vast.

Stap 7
Knip nu de randen bij en bevestig een touwtje aan je amulet.

Hartelijk dank!

We zijn nieuwsgierig naar jullie reacties op dit Online Lesmateriaal en de voorstelling, deze kun je versturen naar educatie@hetfiliaal.nl. Met onze kunsteducatie stimuleren we het creatief vermogen van kinderen en leerkrachten. Met activiteiten rond onze voorstellingen, dagen we kinderen uit tot het stellen van vragen en om een open houding aan te nemen. We spreken ze aan op hun creatief vermogen, voorbij een horizon die ze van zichzelf al kenden. Dit gebeurt onder leiding van kunstdocenten met een achtergrond in theater, muziek, beeldende kunst, film, dans of wetenschap.

Binnen onze kunstprojecten is het kind een (Filiaal theater)maker. Ze volgen de stappen van een creatief proces en onderzoeken de vormgevingsprincipes waarmee je een verhaal in beeld kan vangen. Ook voor leerkrachten en onderwijs teams ontwikkelen we trainingen op maat.
Mocht je meer informatie willen, neem dan contact met ons op.

Hartelijk dank alvast!

Het Filiaal theatermakers